Dit verhaal is onderdeel van onze jubileumserie ‘100 jaar, 100 verhalen’, waarmee we terugblikken op een eeuw vol hoogtepunten, uitdagingen en bijzondere momenten. Elk verhaal biedt een uniek inkijkje in de rijke geschiedenis van Hekstra, onze projecten en de mensen die ons bouwbedrijf hebben gemaakt tot wat het vandaag is. Met deze serie willen we niet alleen onze geschiedenis vieren, maar ook laten zien hoe onze roots en ervaringen ons inspireren om elke dag te blijven bouwen aan de toekomst. Veel leesplezier!
/ / / / / / / / / / / / / /
De familie Hekstra weet de moeilijke oorlogsjaren in Murmerwoude te doorstaan met vallen en opstaan. Het lukt Ebele om zijn rietdekkerswerkzaamheden voort te zetten, hij is geen persoon die bij de pakken gaat neerzitten. Met advertenties in het ‘Friesch Dagblad’ weet hij duidelijk te maken dat hij ‘Het adres voor rieten daken’ blijft. Boeren uit de hele omgeving weten hem dan ook te vinden voor tal van terugkerende onderhoud- en reparatiewerkzaamheden. Zo kan hij toch de kost blijven verdienen. Soms komt er een knecht bij als ondersteuning. Ondertussen groeien de kinderen van Ebele, jongens Romke en Feije samen met hun zusje Annie, op.
Op het platteland van de Dokkumer Wouden kan men maar moeilijk rondkomen. Voor de broers en zussen van Ebele die een boerderij in Zwaagwesteinde hebben is het een hele toer om het gezin eten te geven en in de kleren te houden.
Ebele Hekstra komt voor zijn werk vaak bij de Friese boeren op het erf en verricht daar zijn werkzaamheden veelal ‘in natura’ in ruil voor voedingsmiddelen zoals vlees, groenten en aardappelen. Dat wordt onder de hele familie verdeeld en wat over blijft wordt in wekflessen in de kelder opgeslagen. Omdat brandstoffen moeilijk verkrijgbaar zijn, wordt de auto gestookt met hout dat in een ‘houtgasinstallatie’ in gas wordt omgezet. Deze installatie bevindt zich voorin de auto, op de bijrijdersstoel.
Het duurt altijd wel even voordat de installatie warm genoeg is. Het extra gewicht van de installatie en de stapels hout die mee moeten, leiden er wel toe dat de auto veel minder hard kan rijden en meestal ook niet even ver komt. Toch biedt het gebruik van de ‘houtgasauto’ voor Ebele veel voordelen. Zo kan hij immers zijn rietdekkerswerk in heel Friesland blijven verrichten, zonder dat er voor opdrachtgevers extra verblijf- en overnachtingskosten zijn. Ebele rijdt gewoon elke dag met de auto op en neer naar huis. Omdat de werkzaamheden doorgaan, hoeft de familie Hekstra in de oorlog geen honger te lijden. Zelfs in de laatste jaren van de oorlog komt er soms een flinke jongen of een rietdekkersknecht bij om al het werk te klaren.
Als het Duitse leger zich in mei 1945 gewonnen geeft en Nederland door de geallieerden wordt bevrijd, herpakt het leven zich weer in Dantumadeel. Maar er zijn veel verwoestingen, een deel van de infrastructuur, huizen en gebouwen moeten hersteld worden.
De armoedige en soms uitzichtloze situatie op het platteland van de Dokkumer Wouden leidt er in de naoorlogse jaren toe dat veel inwoners hun heil elders zoeken en emigreren. Overal worden lezingen gegeven over de mogelijkheden die Amerika en Canada aan boeren bieden. Het zusje van Ebele, Trijntje en haar man vertrekken met hun gezin naar Amerika.